1. je regelt de druk op de slang (en hij heeft dus ervoor bijvoorbeeld 8 bar)
2. je regelt de druk op de tank (het hele systeem heeft vijf bar)
dat laatste is veelal instelbaar.
Andersom.
De werkdruk (op de koppeling/slang) kan je vaak met een knop bij de aansluiting (en de metertjes) afregelen. Als je verf wilt spuiten kan je m tot onder de 3 bar draaien, als je met de luchtsleutel aan de gang wilt, vol open.
Meestal zit er een draaiknop die je zonder gereedschap ( dus met het handje ) kunt draaien, met een manometer d'r naast.
De druk'instelling' op de ketel is de druk die de pomp doet af/aanschakelen.
Deksel d'r af, zit vaak een dikke veer onder die je kunt stellen met een doppie 10 of 13, maar let daarmee dus op: Is normaal niet de bedoeling daarmee te knoeien
Vaak zit het een en ander wel dicht bij elkaar:
plaatje:
Onder het zwarte kapje met de gele waarschuwingssticker: De veer om de druk op de ketel in te stellen
De rooie draaiknop, net rechts van de gele sticker: De knop om de werkdruk op de slang in te stellen.
Meestal staat er op de tank zelf ingeslagen wat de maximaal toegestane druk van de ketel is. Blijf daar liefst iets/ruim onder.